Ik ben een wandelende citronella. Samen met andere citronella’s loop ik door de bossen in Wells Gray. Dat is een probleem want de inlandse muggen zijn blijkbaar resistent aan ‘tropical spray’ en ‘deet rollers’. Bestond er een tipi met muggengaas, dan had ik er één gekocht want nu loop ik als gendarme met pistool (anti-mug) in mijn broekzak rond. En elk half uur wordt er een nieuwe laag aangebracht op alles wat bloot is. Ik laat jullie zelf fantaseren… ;-) Wat naast het gezoem onze trommelvliezen doorboort, zijn de zwermen Nederlanders die hier met hun campertje zijn neergestreken. Ze zijn geweldig om te observeren als ze voor een tweede keer hun ‘free coffee’ vragen of in nog slechter Engels dan het mijne uitleg vragen over ‘local specialities’. Naast de Nederlanders zit het hier ook vol Duitsers en daarachter hinkt nog een minderheid Vlamingen. Die laatste duiken zelfs in de commerciële wereld op, namelijk een Wafelkraam in berengebied. Over wild valt er niet veel te vertellen. Behalve dat ik deze nacht wakker was en tot mijn verbazing een hert tegenkwam op het grasveld voor onze deur. Het beest stond rustig te grazen. Toen ik Wouter wakker schudde, dacht hij dat er een Grizzly naast hem stond. Hij schrok zo hard dat het beest het op een lopen zette. En Wouter heeft het dus gemist…
Vandaag zijn we na een stevig ontbijt het natuurpark ingetrokken. Ik begin de zand- en gravelbanen aardig gewoon te worden en heb ontdekt dat je minder putten voelt als je sneller rijdt… ;-) Pas als Wouter zich begint vast te houden aan de zetel, moet de voet even van de gaspedaal. We zijn met de wagen tot het einde van de vallei gereden en hebben allerlei stops en wandelingen gemaakt. De eerste was aan de Dawson Falls, ze noemen deze watervallen de kleine Niagara’s en deze waren zeer indrukwekkend. Aangezien we voor de drukte arriveerden, hadden we de watervallen (met zo’n honderd muggen) voor ons alleen. Ik zou iedereen trouwens aanraden om in het park te overnachten. Grote groepen logeren in hotels in Clearwater of Kamloops en moeten eerst minimum 100km overbruggen vooraleer ze in het park geraken. Daardoor is het opmerkelijk rustiger voor 11u ’s morgens of 5u ’s avonds. Geen Japanezen die selfies maken of trommelen op de vuilbaken omdat ze ze niet open krijgen (berenslot). Hilarisch! Rond de middag hebben we een broodje gegeten aan het meer (dat we niet zo interessant vonden) en hebben we een wandeling gemaakt aan de Ray Farm. Volgens andere reizigers was dit een must do. Er stond zo’n 2,5km op het bord aangegeven, maar dat bleek toch wel een vergissing te zijn. We zijn maar liefst 2 uur (traag tempo) onderweg geweest. Volgens onze berekeningen was dat toch wel 6km. Niet de afstand maakte het moeilijk, maar wel de muggen (die zich hadden voortgeplant) en de hitte (zo’n 28 graden). Daarnaast was er niet zoveel te zien. Eén vervallen boerderij, véél bomen en een meer met alweer, u raadt het al, prikkend ongedierte… Een liter water en douche later is het bijna tijd om een hapje te gaan eten. En dat zal smaken want we hebben honger als een beer! Morgen volgt alweer een overgangsetappe, de langste deze reis, naar Jasper (350km à 5uur rijden). Hopelijk blijven de weergoden ons welgezind en beslissen de kriebelbeesten om hier te blijven. Vannacht doe ik alleszins een tweede poging om naar buiten te gaan (met tipi om het lijf) om de sterrenhemel te zien. Liefst zonder wild aan de voordeur… Volgens de gastvrouw is het veilig zolang ik op de houten plankjes aan het huis blijf, dus ik ga er mij eens aan wagen (dat durf ik nog net, veel gekker moet het niet worden ;-)). Warme groeten! Stekfie
2 Comments
Zus
7/27/2014 06:45:15 pm
Dag zus en schone broer,
Reply
Zus
7/27/2014 06:50:00 pm
haha op zijn Elien's heeft er iemand typex? foutje blanco erover zeggen ze maar dat gaat hier niet precies! :-D
Reply
Leave a Reply. |
Vorige posts
April 2015
Links
|