Rotstekeningen uit het bronzen tijdperk. Niet iets waar je zit op te wachten in deze moderne tijden. Maar wel iets wat je zeker moét bezoeken als je toch in de buurt bent. Het werelderfgoed Tanum ligt op een oppervlakte van zo’n 45 vierkante kilometer en telt 500 sites met rotstekeningen. Wij bezochten eerst het Vitlycke museum. Dit kleine, kindvriendelijke museum is gratis en een goede uitvalsbasis als je niks weet over het bronzen tijdperk. Daarna bezochten we Vitlyckehällen op wandelafstand van het museum. Het is de grootste en belangrijkste rotstekening want ze bevat het bewijs, dat zo’n 4000 jaar geleden mensen elkaar ook al graag zagen! Maak dat mee zeg! Die liefde altijd! ;-) Daarna gingen we verder naar Aspeberget, een kleine rondgang (met veel trapjes) toont verschillende rotstekeningen in verschillende stadia (sommigen nog maar pas gevonden, goed onderhouden en sommigen ietwat verloederd). In Litseby zie je dan weer een indrukwekkende man met een even indrukwekkend lid. ;-) Waarschijnlijk stelt hij één of andere god voor. Ik heb alleszins nog nooit zo’n man met zo’n ... naakt gezien! ;-) Er is ook een groep gewapende krijgers. Wie van geschiedenis en de vroege mannetjes van Keith Haring houdt (want daar lijken ze wel wat op), kan hier zijn hartje ophalen! Na de rotstekeningen hadden we zin in zee! :-) Fjällbacka bleek de ideale plek om te vertoeven. Ik weet niet of er meer boten dan toeristen zijn, maar er hangt een gezellig sfeertje in dit havendorp. Winkeltjes, kuierende mensen, gallerijen, kleurrijke huizen met geurende rozen, een hoge klif om te beklimmen of heerlijke terrasjes om te vertoeven. Er is voor elk wat wils. Wij kozen om net buiten de toeristische straat te lunchen in Baathaket. We werden niet alleen getrakteerd op lekker eten, maar ook kwam een koor kleurrijke dames en heren repeteren voor hun optreden ’s avonds. Twee woorden: geweldig genieten! We bestelden maar wat graag nog een extra drankje en neurieden alle fijne liedjes mee! Hmmm, de vakantie is écht begonnen, denk ik. :-)
1 Comment
De zwoele stem van de kapitein wekt ons. Daarna volgt de vrolijke ochtendboodschap van de animator in het Zweeds en Engels. Vlak daarna kondigt een oude Duitse mannenstem de animatie voor de kinderen aan op dek 11. We laten de Happydans aan ons voorbij gaan en snuiven nog wat frisse wind op voor we aan land gaan. De haven vol Volvo’s schuift aan ons voorbij. Het zonnetje schijnt en Göteborg heeft er zin in. Wij ook. Hetzij wel met kleine oogjes. Slapen in een claustrofobisch kleine kajuit. Je zou van minder woelig dromen. Onze eerste stop onderweg is de Bohusfästning. Een stoer fort waar oud en jong zijn hartje kan ophalen. Op één of andere mysterieuze wijze kom ik in een theater terecht waarin een Zweedse ridder mij iets onverstaanbaars (gewoon in het Zweeds) vraagt. Ikzelf ben enkel op zoek naar de kortste weg naar de uitgang en speel het spel, zoals het hoort, keurig in het Nederlands mee. Een veertigtal kinderen en ouders lachen geamuseerd. Waarschijnlijk wou die ridder met me trouwen. Of me opeten. Dat kan ook, natuurlijk. ;-) Een ommetje langs prachtige wegen en uitzichten over baaien brengt ons naar Marstrand. In ‘Hamnkrogen’ schuiven we de benen onder de tafel voor een lekkere lunch met prachtig uitzicht. We maken nog een kleine wandeling . Net voor we het laatste stuk van de route aanvatten, maken we nog een kleine plasstop. Het valt ons op hoe netjes de openbare toiletten zijn. Tenzij er een bus Japanners op je deur komt bonzen. Niet waar, Wouter? ;-) Ons eerste verblijf is in Hedekas. De laatste vier kilometer gaan over een (steile) grindweg tussen de bossen. Geen eland, maar toch een eekhoorn gespot! Miranda is blij dat ze de bestemming bereikt heeft en wij ook. Eerst even uitrusten en dan vliegen we er de komende dagen in! Tot gauw! Om vijf uur ging onze wekker en een uurtje later zaten we in de auto richting Kiel. Deze hele reis moét er niks, behalve de boot halen. Zolang we er zijn tussen 15 en 17 uur is het prima. Het zit ons mee onderweg. Er is weinig verkeer, alles verloopt vlot over Vlaanderen en Nederland, we kunnen voldoende pauzeren om de benen en rug te strekken. So far, so good en helemaal in vakantiestemming rijden we richting Duitse grens. –Politiecontrole- lezen we op een bordje aan de grens. Tachtig procent van de wagens mogen doorrijden, maar wij moeten de parking op. Er wordt aan allerlei vormen van discriminatie gedaan. Mannen met baarden, Franse nummerplaten en ook kleinere sportauto’s met vreemde individuen (lees Miranda met ons) worden onder de loep genomen. ‘Neem onze identiteitskaarten maar al’, zeg ik tegen Manlief terwijl ik mijn ruitje laat zakken. Meer nog dan aan de koffers die uit de auto moeten, denk ik aan het zakje met bloem en suiker dat ik in de reistas gestoken heb. Hoe leg ik in hemelsnaam uit in het Duits dat het geen drugs zijn. Ik krijg al klamme handen van het idee alleen dat we straks verhoord zullen worden. Omdat wij stomweg zin hadden in iets lekkers. De agent kijkt streng. Zijn ogen scannen die van ons. Pannenkoeken, hoe zeg je dat in het Duits, blijft maar in mijn hoofd malen. Ik lach groen. Hij smelt bij het zien van onze scheve tanden en zenuwachtig gegieber. De identiteitskaarten zijn niet nodig. Er volgt geen controle van valiezen en tassen. Gelukkig maar. ‘Auf wiedersehen’, wuift de man ons vriendelijk uit. ‘Pfannenkuchen’, floept er uit mijn mond. Hij kijkt vreemd maar lacht. Ik rijd snel verder. In regio Bremen en Hamburg zijn er een tiental stroken met wegenwerken. Vorig jaar waren ze er ook al toen we naar Denemarken reden. Nu zijn ze er nog steeds. Gelukkig zat een vertraging van een uur in ons tijdsbestek en komen we omstreeks 15.30u aan. Een gigantische boot met vrachtwagenlift (indrukwekkend!) ligt op ons te wachten. Miranda mag tussen de grote jongens slapen vannacht en wij houden het hoofd koel tussen Zweden die zich volop in de drank gooien. Dat het maar gauw ochtend is want zeebenen heb ik niet! Vandaag trekken we zuidwaarts. Maar niet zonder Zweden uit te wuiven. Ook de wolken huilen mee vandaag. En de wind duwt Miranda bijna van de brug die Zweden met Denemarken verbindt. Geen nood. We zijn Vikingen en kunnen wel tegen een stootje. In Roskilde zetten we’t op een loopje. De kathedraal is de moeite waard maar door een huwelijksviering kunnen we de kathedraal slechts een half uurtje bezoeken. Amaaaai, wat knap! Al die koningsgraven, al die details. We komen zeker nog eens terug! Daarna gaan we nog langs het (allerlaatste) vikingmuseum van onze reis. Er liggen vijf vikingschepen (elk uit een andere tijdsperiode). Mooi, maar Ladby was indrukwekkender. Onze eindhalte is Ribe. Vorig jaar waren we hier al eens. We werden instant verliefd en hadden zo’n gezellige én lekkere lunch in restaurant Sealhunden, dat we dit ommetje de moeite vonden. Het was geen crush. Meer zelfs. Ik heb het zwaar te pakken. Ribe is ongelooflijk gezellig, ons verblijf in de Sealhund ongelooflijk gezellig (pal in het midden van het oude stadsdeel) en ook het eten is weer fantastisch... We zwaaien onze vakantie uit in mooi roze. |
Iets gemist?
|