Wegens een slechte internetverbinding blijven we achterlopen met ons reisverslag... 🙃
0 Comments
Vandaag is de eerste van twee kustetappes. Vooraleer we noordwaarts trekken, verkennen we het natuurgebied net voorbij ons motel. Point Reyes is het uiterste puntje van een schiereiland en is vooral gekend voor zijn wilde natuur. Het is niet gelogen. Naast de woeste zee en vergezichten zien we ook zee-olifanten liggen en springen er ons herten voorbij. Hier konden we nog wel een dag langer doorbrengen, maar helaas: de route roept. En die weg is genadeloos. Zelfs voor de geoefende autobestuurder is dit een pittige uitdaging. De weg slingert de eerste kilometer over berg en dal. Het is veel draaien en keren. Fouten maken is uit den boze want naast de weg, ligt de afgrond. Af en toe ontsnapt er mij een vloek. De grote bus waarmee ik rijd is ook niet zo vinnig. Voor het eerst in al die jaren hoor ik Wouter zeggen: ‘Ik word misselijk van je rijstijl…’ Niet zozeer de afstand maar wel het slakkentempo waaraan we vooruit geraken is vermoeiend. Onze lunchstop is in Bodega Bay. Het op eerste zicht kitcherige dorp, was de locatie voor de film ‘The Birds’ van Hitshcock. En er is wel wat van aan. Meer dan assertieve vogels komen om een hapje vragen. Hoor er in je achterhoofd nog de iconische filmtunes bij en je zit zo in een horrorfilm. Een eind verderop ligt Fort Ross. Dit is het enige Russische fort in Californië. En als we het zo een beejte bekijken: veel is er nog niet in de wereld veranderd. Land A krijgt militaire steun van land B, als land B hen bijstaat in hun strijd tegen land C… Je kan je een goed beeld maken van hoe het leven er moet geweest zijn. Uitkijktorens, bakken vol munitie, ruime kamers voor de hoogsten in rang,… De Russen hadden het goed voor elkaar daar. Af en toe mochten ze wel eens extra met de ragebol en stofborstel doorheen het complex gaan, maar voor de rest: een indrukwekkende stop. We vervolgen onze route langs de kust en houden nog even halt aan de vuurtoren van Mendocino. Helaas geraken wij niet meer op het domein zelf (sluit om 15u), maar we kunnen wel enkele spectaculaire kiekjes maken. Voor de Rijken der aarde: je kan hier voor een niet onaardig bedrag van 500 euro per nacht logeren… Ondertussen begint de avond te vallen. Het is pas 19u als we toekomen in Fort Bragg. De zon daalt langzaam in de zee neer. Wij besluiten de zonsondergang nog mee te pikken en slaan aan Point Cabrillo Light Station even af. Wat een prachtige kleuren. Jonge reeën supporteren voor ons allerlaatste stukje route dat we moeten afleggen. Het duurt niet lang voor ik in slaap val die avond… Vandaag nemen we afscheid van San Francisco. Dat doen we met een ontbijt in een Amerikaanse diner. Formica tafels, neonverlichting, lederen banken en een jukebox. De ontbijtkaart: gaande van biefstuk met aardappelen naar wafels met spek en ei en gefrituurde kip met pannenkoek. Uiteraard kiezen wij niét voor een gezonde optie. En ervaren we hoe zwaar een ontbijt wel op de maag kan vallen. ;-) De wentelteefjes waren heerlijk (maar te veel), de mierzoete stroop blijft onaangeroerd. Met al die calorieën kunnen we stevig de dag beginnen. Voor we onze echte rit aanvatten, gaat het nog even naar Alamo Square, naar de 'Painted ladies'. In tegenstelling tot onze vorige poging is er véél parkeerplaats (ah ja, ze komen de straat poetsen, maar we hebben nog ruim een half uur de tijd voor die werken starten. Mooi gekleurde huizen staan naast elkaar. Op de achtergrond de skyline van San Francisco. Wie vroeger naar de serie 'Full House' keek zal zich het uitzicht vast herinneren. Schaduwzijde van dit verhaal: sommige huizen staan leeg omdat bewoners er echt niet mee kunnen leven dat er constant toeristen aanbellen/foto's nemen. Toch nog een fijne afsluiter van onze trip. De gigantische Redwoods (sequoias) torenen honderden meters boven ons uit. Dit kustmammmoetboombos is één van de laatst overgebleven in de Bay Area. De Muirwoods kregen de naam van John Muir. Hij was een Schot die in de 19de eeuw naar de Verenigde Staten verkaste. Hij was naast schrijver vooral ook voorvechter voor de natuur. Eén van de grootste Amerikaanse organisaties die de natuur beschermt (Yosemite National Park en Sequoia National Park) heeft hij opgericht. De natuurlijke habitat bewaren en in stand houden is de missie die het park nog steeds uitdraagt. Bij het binnenwandelen van het park, valt er een rust over ons heen. Het zonlicht speelt met de wiegende takken en de wolken die tussen de bomen blijven hangen. Het is een prachtig tafereel. We maken een kleine wandeling op het vlakke deel. Veel mensen komen hier grotere tochten maken, die zeker en vast ook de moeite waard zullen zijn. Op het moment van ons bezoek zijn er werken aan de beek (oftewel de Redwood Creek). Wetenschappers proberen er de oorspronkelijke habitat van de zalmen te herstellen. Wij worden oprecht héél stil van al dat schoons. Deze nacht verblijven we in een motel. We krijgen een ‘cabin’. Een soort houten huisje. Met een voordeur en een achterdeur. ;-) Het is allemaal erg basic, maar dat vinden wel fijn. De eigenaar van het motelletje geeft ons enkele tips om te eten. We zitten hier behoorlijk in the middle of nowhere. We kiezen voor een plaatselelijk etablissement. De Taproom zit bomvol locals en hangt vast aan één van de enige supermarktjes. Je drank krijg je in bekers, het eten op een papieren bord. Maar wat je krijgt is kraakvers. Heerlijk om zo tussen de locals het komen en gaan te bekijken. San Francisco: stad met vele gezichten. We zagen al je diepste pijnen: de mensen zonder onderdak, die overdag op een bank met een kleine tas zitten te wachten op een bus die niet komt. Gezinnen die van park tot park zwerven, zonder dak boven hun hoofd. We zagen mensen kruimels hoop bij elkaar zoeken in vuilnisbakken. Maar we zagen ook veel mensen die proberen te helpen: wijkwerkers, verplegers, dokters, agenten, voorbijgangers. San Francisco: een wereld in een wereld. Waar het in de ene straat tranen regent, wappert in andere blokken de vlag van verdraagzaamheid en liefde. Stad met vele gezichten en nationaliteiten. We begeven ons vandaag naar de Chinese wijk. Na Chinatown in New York is dit de grootste van Noord-Amerika. Als we de (volledig toegankelijke!!!!) metro uitstappen, moeten we lachen om wat we zien. Zijn we zopas geteleporteerd naar Azië? Alles ademt China: de winkeltjes, het gespuw op de grond, de lampions, het onverstaanbaar getater en de riooldeksels. We passeren langs de gelukskoekjesfabriek. Een verborgen pareltje in een kleine straat. Hier worden alle gelukskoekjes met de hand gemaakt. Naar het schijnt zijn ze de gelukskoekjes in deze wijk uitgevonden en dus niét in China. We nemen enkele foto’s, proeven en gaan uiteraard niet buiten zonder een doosje koekjes. Van de gekleurde gevels met trapjes gaat het verder richting ‘North Beach’. Baken van de literatuur bevindt zich op een kruispunt: City Lights Booksellers & Publishers. Deze ‘kleine’ uitgeverij werd opgericht in 1953 door een dichter en is gespecialiseerd in wereldliteratuur en progressieve politiek. Het gebouw is driehoekig en herbergt heel wat mooie hoekjes én boekjes. In de buurt van de boekhandel is er een café waar veel lokale schrijvers aan hun bestsellers werken, een kunstwerk van vol boeken en taal en ook een museum (dat wij even links hebben laten liggen). Wij gaan richting het ‘Finance District’. Wouter heeft een tafeltje gereserveerd in ‘Café Zoetrope’. Dit restaurant is van de regisseur Francis Coppola. (Dat is de regisseur van o.a. the godfather.) Hier serveren ze Italiaans eten aan een -naar stedelijke normen- schappelijke prijs. Terwijl Wouter zijn favorietje meester maakt: spaghetti carbonnara; hou ik het bij pasta vongole. Twee keer lekker! :-) Omdat Wouters benen ver genoeg hebben van al die op – en neergaande straten, keren we rustig terug naar ons hotel. We proberen nog de allomgekende trammetjes te spotten: gelukt! En springen een chique kantorencomplex binnen, om te genieten van het dakterras dat voor iedereen open staat. Daarna maken we ons klaar voor de volgende dagen. Morgen verlaten we San Francisco en trekken we richting het noorden, de natuur in. Op naar de volgende avonturen! Niks is zo fijn als je volledig onderdompelen in een stad en meedrijven op de hartslag van de bewoners. Als er één ding centraal staat in San Francisco is het wel dat je mag zijn wie je bent. Vorm, huidskleur, gender, beroep, geaardheid… het maakt allemaal niet uit. Dat is een fijne en welkome gewaarwording. De plek waar dit nog meer tot uiting komt is de as Haight-Ashbury. Op deze plek is de flowerpower ontstaan. Kleurrijke huizen en mensen geven elkaar hartelijk de hand. Een vriendelijk woord, een korte babbel. Dit is een plek waar iedereen, maar dan ook iedereen welkom is. Onze eerste stop is restaurant ‘Brioche’, deze ontbijt- en lunchzaak zit vol lokale inwoners. De bediening is hartelijk, de toegankelijkheid onvoorstelbaar (een lift zodat je met de rolstoel ook naar het terras kan, een aangepast toilet, …). En de gerechten zijn supervers en lekker. Ze vallen niet te zwaar op de maag en je gaat goedgemutst naar buiten. We hebben geluk want er is een braderij. Er zijn optredens, uitgesproken kraampjes en kleurrijke bezoekers. Heerlijk vertoeven! Meer van dit! Als dit het ‘woke’ is waar zoveel mensen schrik van hebben, laat mij het dan maar snel zijn. De wereld zou veel mooier zijn. Van de flowerpower gaat het naar Golden Gate Park. We parkeren in de straat van Nancy Pelosi (nog net niet op haar oprit ;-)) en wandelen het park in. Op zondag is de straat rond het park verkeersvrij gemaakt. Fietsers, lopers en wandelaars hebben vrij spel. Vele inwoners van SF spreken af met hun vrienden of familie. Het is een geweldig tafereel. Iedereen neemt stoeletjes, dekens en wat lekkers mee en hup: de gezellige namiddag kan beginnen. Bij kraampjes kan je wat verfrissend kopen. Van verjaardagsfeestjes tot dates, naar rustig een boek lezen of een bloementuin bezoeken. Op mijn lijstje stond de Conservatory of Flowers. Deze Victoriaanse serre is volgestauwd met bijzondere planten. In elk hoekje is wel een ander kleurenpalet te bewonderen. Er kunnen niet genoeg foto’s gemaakt worden van al dat moois. Enne… wie meer tijd heeft kan ook de Japanse tuin of Botanische tuin bezoeken. Maar wij namen genoegen met dit mooi plekje. Daarna passeren we nog even voorbij Legion of Honor (oftewel het Museum van Schone Kunsten). We nemen enkele plaatjes van de imposante facade en juichen alle pasgehuwde paren toe. Dit is zeker een fotogenieke plek. Bij slecht hadden we het museum zeker bezocht, maar ja het zonnetje schijnt… We proberen de ‘painted ladies’ nog te spotten in de wijk Alamo. Wie vroeger ooit naar de serie ‘Full House’ keek, zou deze gekleurde gevels zeker herkennen. Helaas. Nergens is er parkeerplaats te vinden… Een kleine tegenvaller maar we laten het niet aan ons hart komen. Wat een geweldig mooie dag! Opgepast! Door de jetlag werken mijn hersenen niet optimaal. Wij wordt soms wei, plane, plain en zei een zij. Excuus voor de taalfouten. Kanderechtniksaandoen. Mijn autocorrect komt er later pas aan te pas, in de pas, pas maar op gij! Zo gaat dat dus met hersenen die denken dat het nacht is. Of dag. Of allebei... Onze dag starten we op Fisherman’s Wharf. In 1885 gebouwd voor vissers en doorheen de geschiedenis overspoeld door toeristen. We zitten buiten het hoogseizoen, dat is goed te merken. We kunnen ons nog vrij bewegen en wandelen naar de kade. Terwijl een zwarte man preekt uit de bijbel door een micro kijken wij naar Alcatraz. Het gevangeneneiland, net voor de kust van San Francisco. Alcatraz laten we aan ons voorbij gaan omdat het moeilijk toegankelijk is voor Wouter. Maar dat is niet erg want we doen ons te goed aan de dingen die wél lukken. En dat zijn er nog veel! :-) Op de kade ligt de USS Pampanito (SS-383). Deze onderzeeër werd gebruikt tijdens WOII. We bekijken hem vanop de kade en duiken dan even in de loods die ernaast staat. Hier herbergt Musée Mécanique (gratis toegankelijk). Maar liefst 300 oude en recentere speelmachines kan je hier terugvinden. Vele machines vond je vroeger op kermissen terug. Van een zingende dame, slotmachines, zelfspelende muziekinstrumenten, mechanische waarzeggers, een kus-o-meter, … zie je hier. Een fijne plek om eens door te lopen. Wie wil, kan voor enkele dollars spelen op deze (antieke) machines. Het grote plein herbergt talrijke kraampjes en restaurants waar je plaatselijke lekkernijen als krabkoekjes, clamshowder,… kan eten. Het is een mikmak van etablissementen: musea, prullaria, eten,… Zolang de toerist maar gelukkig is, zeker?! Pier 39 is meer van dat. Zelf had ik gerust enkele uren kunnen doorbrengen bij de zeeleeuwenkolonie. Deze imposante beesten liggen met zijn allen te rusten op de pontons. Soms is het een echte vleeshoop en is er veel animo. Zeker wanneer zeeleeuw Jef graag wil rusten tussen Gust en Marie en Gust daar niet echt akkoord mee gaat… Op de pier: tientallen winkels en eetgelegenheden. We kijken onze ogen uit naar de vele winkeltjes. Een emmer of een bad vol donuts: u vraagt, wij draaien! Een toertje op de draaimolen: dat kan! Ik dacht dat dit soort plekken enkel in films bestonden, maar vandaag maakten we er zelf deel van uit. Volgende stop: Palace of fine arts. In 1906 was er een zware aardbeving en branden in San Francisco. Om te tonen aan de wereld dat ze deze tegenslag snel konden verteren, vond in 1915 de Wereldtentoonstelling hier plaats. Het Palace of Fine Arts werd een plek van roem en grandeur. Architect Mayerbeck bouwde hier een Romeinse ruïne na. Het is nog steeds een mooie plek om even te verkennen. Garry XXL is onze compagnon voor de dag. De afstanden tussen de verschillende bezienswaardigheden zijn te groot om te overbruggen. En aangezien we graag terugvallen op wat zekerheid, zijn we blij met de auto. Rijden in San Francisco is even wennen, maar valt voor mij goed mee. Maar ik ben Antwerpen én Sinaai gewoon, ik kan dus tegen een stootje… ;-) We rijden naar enkele uitzichtpunten van de Golden Gate Bridge om te bewijzen dat we écht in San Francisco zijn. Allé, ook omdat ik op de één of andere vreemde manier al heel mijn leven ben aangetrokken tot die brug. Eerste uitzichtpunt: een probleem want drie rijvakken, er komen er drie bij en ik moet helemaal naar rechts op honderd meter. De drie vakken naast mij zitten stampvol. Ik geraak er echt niet. Gevolg: afrit gemist. Dan maar over de brug en op zoek naar een ander mooi plekje. Dat vinden we gelukkig gauw! En bij de terugweg is er geen probleem om te kruisen. Hou jullie klaar voor een overdosis Golden Gate Bridge. Sorry, not sorry. Na de energie (of calorieën?!) voor de ochtend gaat het downtown San Francisco. Het rijden gaat prima. Een vleugje stress zorgt ervoor dat ik mijn focus niet verlies. En ik heb alvast besloten dat ik later nog buschauffeur kan worden als ik dat wil... ;-) Het is wel schrikken. Daar waar armoede zich in België ook vaak achter gesloten deuren afspeelt, liggen-hangen-kronkelen mensen hier op straat. Het verdriet ligt op te rapen. Huizen zijn gemaakt van kartonnen dozen, spulletjes zitten in een zak van de supermarkt en de kruimels van de vuilbak zijn het feestmaal van de dag. Gelukkig zijn er veel wijkwerkers die ondersteuning proberen bieden. Wouter zei dat er een fonds is waaraan je geld kan doneren. Grote voordeel: het gaat op naar echte hulpmiddelen en niet naar drank en drugs. Wij gaan dat doen. Zonder twijfel. Ons hotel ligt net op de rand van het toeristische centrum. Het is een beetje surrealistisch te zien dat politieagenten op de hoek van de straat staan. Alsof ze de grens tussen armoede en rijkdom bewaken. Dat terwijl die stap of val tussen beide groepen niet zo groot is: we komen allemaal wel eens in moeilijke situaties terecht. Amerikanen houden van bellen. Op mails reageren ze niet, maar telefoontjes daarop staan ze te wachten. Gisteren belde ik al in het algemeen ‘Flenglish’ naar ons hotel om te vragen of ze mijn koffer wilden aannemen als die van de luchthaven zou arriveren. En ook bij het toekomen in het hotel, staat de telefoon roodgloeiend. Maar ondanks ons vroege aankomst, kunnen we al op onze kamer. Joepie! Na een toiletstop gaan we naar het MoMa. Geen grote XXL-auto nodig om verplaatsingen te doen! Het Museum voor Moderne Kunst ligt om de hoek. Een plek waar we allebei al een heel lange poos van droomden. En huppa: zomaar, ineens, kunnen dromen uitkomen. Geweldig. ‘Ik zag online dat jullie vlucht een kwartier vertraging had.’ Zodra ik mijn gsm aanzet, rolt dat zinnetje op mijn scherm. Het komt van mijn ouders, maar goed dat ze niet wisten dat wij de oorzaak van die vertraging waren. ;-) Ook het bericht dat mijn bagage San Francisco niet heeft bereikt licht op. Ik moet lachen en denk aan de Indische telefooncentrale. Als zij ook instonden voor de afhandeling van de bagage, kan het niet anders dat er iets is misgelopen. De tweede koffer is er wel, dus we kunnen wel enkele dagen verder. Met Wouter rol ik de terminal door, richting het autoverhuurverblijf. Al onze verblijfplaatsen leggen we zelf vast, behalve de auto. Die huren we via de Nederlandse reisorganisatie Tioga. Zij bieden met hun ervaring over reizen in Amerika net dat tikkeltje meer zekerheid. En hun service is prima.
Na een onderbroken nacht (bioklok – opstaan luilak het is al middag in België) is het tijd voor een Amerikaans ontbijt. Wouter had gelezen dat er op de hoek van ons hotel eentje was. En inderdaad: een familiezaak. Het zit er behoorlijk vol met locals. We doen dan maar zoals het hoort… ;-) Er zijn heel veel voorbereidingen in deze reis gekropen. Niet alleen dat met de tennisballen en het bakpoeder: ook de zoektocht naar toegankelijk reizen is een hele kluif. Eén die Wouter quasi volledig op zich neemt. Hij zoekt verblijfplaatsen die rolstoeltoegankelijk zijn, kent alle rolstoelpaden, zoekt de afmetingen van huurauto’s op, vraagt vooraf assistentie aan op de luchthavens en heeft een noodpakket aan verzekeringen, adressen en telefoonnummers in onze rugzak gestopt. Het is absoluut geen gemakkelijke klus: ver reizen met een (partner met een) spierziekte. We waren maar wat blij met de hulp die we kregen. Bij onze overstap in Londen stond een lieve dame te wachten: ‘Sofie, you don’t need to worry, I will take care of everything.’ En dat deed ze ook. Zij duwde de rolstoel en nam een extra rugzak over. Ze loodste ons achterafingangetjes vlot door de douane en paspoortcontrole heen. Met een glimlach op het gezicht bracht ze ons tot aan het centrale punt voor mensen met een beperking. ‘My college will pick you up in half an hour.’ En daar ging het fout. Want er was niemand. Hoewel we tot nu toe gewend waren aan de Britse precisie, leek het centrale punt eerder iets weg te hebben van een Indische telefooncentrale. Beeld je in: een kleine, duffe, donkere ruimte met ongeveer 100 mensen die niet vooruit of achteruit kunnen (de mensen met een beperking). Aan de ingang: een Indische dame en Indische heer. De dame: druk tikkend op haar toetsenbord, barcodes scannend, de heer achterover hangend op zijn bureaustoel, bezig met het opladen met de walkietalkies. De rolstoelbegeleiders – veelal ook Indisch – lopen binnen en buiten. Het lijken mieren. Ze komen en gaan, steken boardingpasses de lucht in, scanderen namen en bestemmingen. Ze praten een taal die ik niet begrijp. Centraal hangt een klok. Van de twee uur tijd die we hadden, blijft nu een schamel uur over. ‘Don’t worry, lady, someone will pick you up.’ Ik vraag het drie keer beleefd, ben zenuwachtig. Ik weet dat de gate die we nodig hebben niet dichtbij ligt. Er een treintje moet genomen worden, ingecheckt worden. Dat daar geraken een half uur duurt. Elke keer word ik weggewimpeld. En dan ontplof ik van de stress. ‘You need to help us, NOW, our plane is leaving in 15 minutes. You have to get us on board, NOW.’ Raar maar waar valt er een seconde stilte in de Indische telefooncentrale. Paniek. Op het scherm van de dame staat te lezen dat onze assistent er al drie kwartier geleden moest zijn. Van de twintig aanwezige assistenten kan niemand ons brengen. Een onverstaanbare boodschap in een walkietalkie en dan komt er één man met een rolstoel aangelopen. Ik weet wat dat betekent: lopen. ‘I really hope they will wait, I’m afraid they won’t,’ zegt hij tegen mij. Wouter heeft die boodschap gelukkig niet gehoord. Zoals de films lopen de man (met rolstoel en Wouter) en ikzelf verschillende hallen door. Ik ben verbaasd dat hij me niet kan volgen. Hij belt als we in de trein staan nog drie keer met de walkietalkie. ‘They are still there,’ knikt hij me bemoedigend toe. Niet ver van een inzinking vandaan, staat de crew van het vliegtuig ons voltallig op te wachten. Ze verwelkomen ons vriendelijk, het lijkt alsof dit niet de eerste keer is... ‘All passengers are in,’ klinkt het als we in onze zitjes zakken. De tennisbal vergeet ik uit mijn rugzak te halen en wat dat bakpoeder betreft: dat is er met het lopen allemaal uit… PS: We zijn dus veilig in San Francisco hé! Joepie! (Tijdsverschil van -9u) |
Deze reis
Wat wil je weten? - Algemene indruk - Las Vegas - De woestijn & Area 51 - Bodie - Tioga Road - Mariposa Grove - Glacier Point - El Capitan - Yosemite - Jamestown - Lodie - Redding - Weaverville - Noordkust - Sunset - Ferndale - Avenue of the Giants - Fort Bragg - Mendocino - Fort Ross - Bodega Bay - Point Reyes - Muir Woods - SF Painted Ladies - SF Finance District - SF Schrijverswijk - SF Chinese wijk - Legion of Honor - SF Golden Gate Park - SF Haight/Ashbury - SF Palace of fine arts - SF Pier 39 - SF Fisherman's wharf - SF Golden Gate Bridge - SF MoMa - Vlucht - Onze Route |